Stop de pensioenplunderaars: betoog mee op maandag 13 januari 2025

Submitted by ACOD UGent on wo, 01/08/2025 - 21:51

Op maandag 13 januari 2025 organiseert het gemeenschappelijk vakbondsfront een nationale betoging in Brussel, naar aanleiding van de pensioenhervormingen die op tafel liggen bij de lopende federale regeringsvorming. 

Wanneer deze hervormingen worden doorgevoerd dan kunnen UGent-personeelsleden hierdoor meerdere honderden tot in sommige gevallen zelfs meer dan 1.000 euro netto pensioen per maand verlies lijden. 

Samen willen we een duidelijk signaal aan de regeringsonderhandelaars dat wij dit niet zullen laten passeren. Met ACOD UGent roepen we dan ook op om zo talrijk mogelijk deel te nemen aan de betoging van komende maandag 13/1! 

In de onderstaande tekst geven we je meer uitleg over de plannen die voorliggen op de federale onderhandelingstafel. 

Onderaan deze tekst kan je de praktische afspraken terugvinden om deel te nemen aan de betoging.Je vindt er eveneens de link terug om in te schrijven voor het busvervoer dat wordt georganiseerd voor onze leden (ACOD en ABVV). Inschrijven kan nog tot vrijdagmorgen 10 januari 2025 om 12u. 

Heb je nog vragen? Aarzel niet om contact op te nemen via ACOD@UGent.be 

Zware gevolgen voor de pensioenen van zowel vast benoemde als contractuele personeelsleden 

Naast talrijke andere asociale maatregelen bevatten de plannen die worden besproken aan de federale onderhandelingstafel ook maatregelen die zware gevolgen zullen hebben voor de pensioenen van zowel vast benoemde als contractuele personeelsleden. 

Uit de gelekte “supernota” van augustus 2024 en latere berichtgeving (zie o.a. dit artikel) blijkt immers dat men zware besparingen op de pensioenen op het oog heeft, tot 3 miljard euro. En dit terwijl de wettelijke pensioenen voor het grootste deel van de Belgische bevolking – de contractuele personeelsleden in de publieke en private sector – al tot de laagste in Europa behoren. 

In plaats van deze veel te lage werknemerspensioenen op te trekken naar het niveau van de Belgische ambtenarenpensioenen – die in de meeste gevallen wel voor een leefbaar inkomen zorgen tijdens de oude dag – wil men integendeel de ambtenarenpensioenen afbreken. 

Maar ook de veel te lage wettelijke werknemerspensioenen voor de contractuelen worden niet gespaard op de federale onderhandelingstafel. Enkele voorbeelden: 

  • Vele voorheen gelijkgestelde periodes worden geschrapt en zullen voortaan leiden tot een lager pensioen. Ook de manier waarop ziekteperiodes worden meegerekend voor het pensioenbedrag wordt geplafonneerd. 
  • De voorwaarden om recht te hebben op een minimumpensioen worden verder verstrengd. 
  • Wie na een lange loopbaan eindelijk aan de voorwaarden voldoet om op vervoegd pensioen te gaan maar minder dan 35 loopbaanjaren met effectieve arbeidsprestaties heeft zal bij vervroegd pensioen diens sowieso al lagere pensioen nog eens extra zien dalen door een nog te bepalen “malus”-percentage dat van het pensioen zal worden afgetrokken. 

Het aanvullend pensioen van een schamele 3 procent werkgeversbijdrage dat men in het vooruitzicht stelt voor contractuele personeelsleden zal dit alles niet compenseren. Ter vergelijking: het huidige aanvullend pensioenplan voor contractuele personeelsleden aan UGent voorziet doorheen de loopbaan gemiddeld 7% werkgeversbijdrage, met een minimum van 4,5%. 

De afbraak van het ambtenarenpensioen 

De basisformule achter de berekening van het ambtenarenpensioen bestaat eruit dat het aantal loopbaanjaren in de ambtenarenloopbaan van het personeelslid wordt vermenigvuldigd met de zogenaamde loopbaanbreuk (ook wel tantième genoemd) die hoort bij de uitgeoefende functie, waarna het resultaat vervolgens wordt vermenigvuldigd met de gemiddelde baremawedde van het betrokken personeelslid over de laatste 10 jaar van de ambtenarenloopbaan. 

In de “supernota” worden verschillende concrete ingrepen opgesomd in deze berekening: 

  • De gemiddelde wedde zal worden berekend over een langere periode uit de loopbaan, die over de komende jaren zal toenemen om uiteindelijk te komen tot een periode van minstens 40 jaar. Aangezien de wedde in het begin van de loopbaan aanzienlijk lager is dan op het einde, betekent dit dat deze gemiddelde wedde – en dus ook het pensioen dat op basis daarvan wordt berekend - sterk zal dalen. 
  • De loopbaanbreuk zal voor iedereen op 1/60 worden gebracht. Momenteel worden de pensioenen voor periodes als lid van assistenten, doctor-assistenten, praktijkassistenten en professoren berekend aan een gunstigere loopbaanbreuk van 1/55 (zoals voor leerkrachten), en soms aan 1/48 (vanaf hoogleraar). De wijziging naar 1/60 zal voor hen concreet tot gevolg hebben dat niet alleen het pensioenbedrag daalt, maar ook dat zij alleen al door deze wijziging tot 2 jaar langer zullen dienen te werken vooraleer aan de voorwaarden te voldoen om vervroegd met pensioen te kunnen gaan. 
  • Daarnaast zijn er ook nog andere ingrepen in de pensioenberekening. Enkele voorbeelden: 
    • De afschaffing van het systeem van “perequatie”, waarmee het ambtenarenpensioen wordt aanpast aan de stijgende welvaart. 
    • De beperking van de indexering van de ambtenarenpensioenen. 
    • De afbouw van de bestaande belastingvermindering voor pensioenen en dit “voor de hoogste ambtenarenpensioenen”. Waar men de grens legt en hoe deze “afbouw” zal gebeuren blijft nog onduidelijk. Deze belastingvermindering bedraagt momenteel minstens 60 euro per maand, en wordt hoger naarmate men een lager bruto pensioen ontvangt. 
    • De afschaffing van het ziektepensioen en van het nog maar pas ingevoerde stelsel van tijdelijke arbeidsongeschiktheid voor ambtenaren dat het systeem van ziektepensioen op termijn zou vervangen. Ziektedagen verdwijnen, en een systeem vergelijkbaar met de ziekte-uitkeringen van de mutualiteit wordt als alternatief voorgesteld. Hierbij valt men na 1 maand ziekte terug op 60% van de normale verloning. 

Maar wat betekent dit nu concreet? 

Wanneer de impact van de hierboven vermelde wijzigingen aan de gemiddelde wedde en aan de loopbaanbreuk worden omgezet in een concrete pensioensimulatie voor ATP- en ZAP-loopbanen, dan zijn de resultaten onthutsend. 

Ben je ATP-lid met een volledige loopbaan als vast benoemd personeelslid aan UGent, en ga je op pensioen op je wettelijke pensioenleeftijd? 

Dan zorgen de beide genoemde pensioenmaatregelen op zichzelf al voor een sterke daling van je maandelijkse netto pensioenbedrag. Het bedrag dat je zo kwijtspeelt loopt op naarmate je in een hogere functieklasse was tewerkgesteld, gaande van ongeveer 80 euro netto per maand minder pensioen voor collega’s in functieklasse D, tot ongeveer 275 euro netto pensioen per maand minder voor collega’s in functieklasse A+. (Ter info: de netto pensioenbedragen in deze simulaties werden berekend op basis van een situatie als alleenstaande - of met partner met een volwaardig eigen inkomen - en zonder personen ten laste.)

Ga je op pensioen op je vroegst mogelijke pensioendatum? Dan zie je jouw pensioen in totaal dalen met ongeveer 200 euro netto per maand minder pensioen voor collega’s in functieklasse D, tot ongeveer 450 euro netto pensioen per maand minder voor collega’s in functieklasse A+. 

Hierbij wordt nog geen rekening gehouden met een eventuele extra vermindering (het “malus”-percentage uit de nota) als je op dat moment niet aan 35 loopbaanjaren komt met effectieve arbeidsprestaties. 

Ben je een ZAP-lid? 

Werd je na 6 jaar als assistent en 6 jaar als doctor-assistent aangeworven als ZAP en heb je een vervolgens normale ZAP-loopbaan doorlopen tot je wettelijke pensioenleeftijd? Dan bedraagt het verschil al snel ongeveer 900 euro minder netto pensioen per maand. Wanneer je vertrekt je vroegst mogelijke pensioendatum, dan wordt dit ongeveer 1.300 euro minder netto pensioen per maand. 

Was je geen assistent of doctor-assistent vooraleer ZAP-lid te worden, maar was je gedurende eenzelfde periode aan de slag bijvoorbeeld met een doctoraatsbeurs, een FWO-mandaat of een arbeidsovereenkomst als WP-lid? Dan loopt het pensioenverschil na een vergelijkbare statutaire loopbaan als ZAP-lid op tot bijna 1.000 euro netto minder pensioen per maand op de wettelijke pensioendatum. Op de vroegst mogelijke pensioendatum wordt dit ongeveer 1.150 euro netto pensioen minder per maand. 

Dit alles is zonder rekening te houden met de aangekondigde afbouw van de bestaande vaste belastingvermindering voor pensioenen, wat nog tot een bijkomende daling van het maandelijkse netto-pensioenbedrag zou leiden. 

Conclusie 

Ook al is het uiteindelijke individuele pensioenbedrag sterk afhankelijk van de concreet doorlopen loopbaan, de bovenstaande simulaties geven duidelijk aan dat de negatieve gevolgen van de pensioenmaatregelen uit de federale onderhandelingsnota heel ernstig zijn. 

Samen geven we een duidelijk signaal aan de regeringsonderhandelaars dat wij dit niet zullen laten passeren! 

In plaats van te wachten tot deze pensioenafbraak verder realiteit wordt onder de vorm van een regeerakkoord, willen wij samen met jullie een duidelijk signaal geven aan de regeringsonderhandelaars dat deze maatregelen onaanvaardbaar zijn. 

Daarom wordt er op maandag 13 januari 2025 een eerste betoging hierrond georganiseerd in Brussel. 

ACOD UGent roept op om zo talrijk mogelijk deel te nemen aan deze betoging! 

Praktisch 

Er geldt een stakingsaanzegging voor alle personeelsleden aan de UGent. Let op: deze stakingsaanzegging is wel specifiek bedoeld om naar de betoging te gaan. Leden van ACOD die staken en deelnemen aan de betoging, kunnen een stakingsvergoeding aanvragen indien de UGent je loon voor die dag heeft ingehouden. Hiervoor mag je ons per mail naar ACOD@UGent.be de loonbrief bezorgen waarop de inhouding van loon wegens staking staat aangerekend. De stakingsvergoeding voor een volledige dag loonverlies bedraagt 40 euro. 

De betoging gaat van start om 10u aan het Albertinaplein in Brussel (aan het centraal station), en zal van daar vertrekken naar het Poelaertplein. 

Omdat ook de kameraden van het spoor die dag staken, worden er door ABVV bussen voorzien voor onze leden (ACOD en ABVV). Deze bussen vertrekken vanuit verschillende locaties in Oost-Vlaanderen. 

Vanuit Gent vertrekken we per bus om 8u30 aan de P&R Gentbrugge E17. 

Wil je gebruik maken van een van de bussen vanuit Oost-Vlaanderen, dan dien je vooraf in te schrijven via deze link. Inschrijven kan nog tot vrijdagmorgen 10 januari 2025 om 12u

Rond 13u vertrekken de bussen voor de terugreis van aan het Poelaertplein in Brussel. 

Ook vanuit andere steden in Oost-Vlaanderen en in sommige andere provincies worden bussen ingelegd. Meer info hierover kan je terugvinden op deze pagina

Mocht je die dag toch de trein nemen naar de actie (ook al verwachten we dat dit heel moeilijk zal worden): koop zelf je treinticket aan, wij zorgen achteraf voor de terugbetaling. Stuur ons na de actie per mail naar ACOD@UGent.be een scan door van je treinticket, en vermeld hierbij ook je naam, je rijksregisternummer, en je bankrekeningnummer. 

Kom je mee naar de betoging? Geef ons zeker ook een seintje op ACOD@UGent.be zodat we verder kunnen afspreken en een gezamenlijke delegatie kunnen vormen binnen de betoging.